zondag 30 juni 2013


De 3 M’s
30/6/2013 - In welk hogedrukgebied mag de zon zich dan wel verstoppen? De straten zijn vanmorgen leeg omdat iemand met een beetje vakantie en een beetje hersens al op weg is richting zuiden. Waarschijnlijk al in de file maar zonder stress. Wetende dat de zon elk moment zal doorbreken. En die weerberichten die ons toch zo depressief maken. Waar is toch Armand Pien, die het allemaal niet zo cynisch bekeek. Aan het einde van het slechte nieuws haalde hij een reuze aardappel boven of een wortel in de vorm van een Sojoezraket. En iedereen tevreden naar bed.

Lange mouwen, korte mouwen? Janet twijfelt niet en pronkt met een flink stuk bakpapier dat de wind van haar frêle lichaam moet afweren. De oven hoeft bij thuiskomst niet meer voorverwarmd te worden!

Vandaag gaat het dus naar ‘de muur’ in Geraardsbergen. De stad van de 3 M’s: Muur, Manneken Pis en Mattentaarten. Ik zal alleen de muur zien en een rommelmarkt aan de voet ervan. Zo geconcentreerd ben ik over mijn stuur gebogen.  Na een kort intermezzo in Gontrode, waar we een zwaai moeten maken om de kermis niet te verstoren, trappen we in een pittige kadans zuidwaarts, net als de zonnezoekers dus. We krijgen zelfs begeleiding van de vrijwillige brandweer van Wetteren.
In Geraardsbergen rijden we over een keistijl brugje en op de top ervan zien we ‘de muur’ voor ons liggen.

Tot onze verrassing zien we Erik van de luipaarden met zijn fiets aan de hand over de rommelmarkt lopen: ‘Ich heb mene fiets kapotgetrap jong, op de muur jong, heel mene derailleur kepot, ich ga mien vrouw belle!’
Ik vertrek snel maar word ingehaald door Katrien en Elke. In het gedeelte tussen de bomen bots ik op en neer op de kasseien en moet voor 50 meter een pied-à-terre zoeken. Jammer. Ik kom toch op de fiets boven bij de Kapel van Onze-Lieve-Vrouw van Oudenberg. Het uitzicht over de streek is mooi en vanaf nu rijden we huiswaarts.

De dorpen langs de weg zijn nieuw voor mij: Grimminge, Smeerebbe-Vloerzegem. Waar halen ze die namen toch? Ik herken plots Herzele en mijn benen worden lichter. Even verder in St-Lievens Houtem drapeert Véronique met haar lange lichaam het trottoir. Jean-Pierre en ikzelf aanschouwen op de markt een flinke stier. Het dier heeft een ring door de neus geboord, als teken van verknechting. Alleen de insecten, de vissen en wat knaaggedierte worden door de mens nog een vrij leven gegund. Als ze tenminste van ons eten blijven.
De Wastobbe glimt dan toch in de zon en ik laat ze gul over mijn vermoeide lichaam schijnen. Ik droom er al van om vanmiddag zachtjes in slaap gewiegd te worden door het klapperende geluid van de helikopters boven het tourpeloton. Ik weet dan nog niet dat Jan Bakelants iedereen aan zijn degen zal rijgen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten