Body Mass Index
12/5/2013 - Om twintig voor acht sop ik mijn boterhammetje met
aardbeienconfituur in een tas koffie. Op de radio Cathy Berckx, gouverneur van
Antwerpen. Het gaat over obesitas in onze maatschappij en over het heffen van
belasting op suiker en vet. De journaliste belt niemand minder op dan
Jean-Marie Dedecker voor een reactie.
“Al die betutteling van de staat.
Waarom verplichten ze je niet om je BMI op je pas te zetten?”, vraagt
hij provocerend. “Neen, een boterhamdoos en stuutjes met kaas en hesp in plaats
van aan te schuiven voor broodjes vol mayonaise. En ik was vroeger een magere
judoka en nu ben ik dik, alleen omdat ik
sukkel met mijn rug. En in Duitsland is alles beter want daar is er in de
namiddag geen les en doen de kinderen verplicht aan sport.” Juist Jean-Marie, Deutschlank dus !
Goed, op de politiek kan je rekenen want de regering gaat aan ons spaargeld
peuzelen, we zullen dus wel vanzelf afvallen. Ik ga alvast de calorieënstrijd
aan op de fiets. De zon schijnt en dat betekent snel genieten. Over een uurtje
zal ze zich weer verschuilen achter regenwolken.
Jean-Pierre en ik nemen de hazewinden op sleeptouw en zijn
fluitje schalmt fel in mijn rechteroor telkens hij de richting aangeeft. Naar
Gavere is de wind alleen de tegenliggers dienstig en het gaat moeizaam.
Iedereen snakt naar zon en lente. Het is
wel opvallend kalm. Was het niet voor moederdag, de Vlaming bleef de hele dag
in zijn sponde.
Lange rijen bij de bakkers. Vooral mannen die het menen of
misschien iets goed te maken hebben. Chaotisch parkeergedrag en dubbele files bij
de winkels tot gevolg.
Jean-Pierre probeert me in Munte even af te schudden door maar
één keer te fluiten en naar rechts te rijden, maar even later heb ik alles weer
onder controle. In Meilegem bij de Kaaihoeve en aan de dode arm van de Schelde,
geniet ik van de stilte en de rust. En dan vergeet ik nog de beschutting voor
de wind.
Willy lost even af aan de kop van het peloton. Hij viste
zich gister naar een derde plaats maar was met zijn twaalf kilo niet zo
tevreden. “Er is door iedereen weinig bovengehaald, de eerste had maar twintig
kilo.” Ik probeer me die hoeveelheid vis voor te stellen als een stilleven dat
ik ooit zag in het Rubenshuis . Toch eens vragen of die vis dan teruggezet wordt
of in de pot belandt.
We rijden een stukje op de Via Romana, 2000 jaar geleden het
eindpunt van een heirweg Bavay-Velzeke! Wat had Caesar allemaal niet veroverd
met voertuigen uit carbon?
Elke wind heeft zijn keerwind en stilaan fietsen we terug
naar Laarne. In de regen, want een beetje Flandrien wil het volledige menu. Bij
het kippenkraam in Heusden worden de regenjasjes aangetrokken en Jean-Pierre beslist
voor een extra toertje om aan het vereiste aantal kilometers te komen. Bij de Wastobbe
beslis ik niet te tobben, nieuw werkwoord, en rij naar huis.
Ik spuit mijn fiets schoon en neem een douche. Moeder mag
komen!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten